De Positie bij Spaardam is een militair verdedigingswerk uit het begin van de 20e eeuw bestaande uit Fort benoorden Spaarndam, Fort bezuiden Spaarndam, een liniewal en twee nevenbatterijen om de toegangsweg naar Amsterdam af te sluiten.

Bij de Stelling van Amsterdam speelde inundatie als middel tegen de vijand een belangrijke rol. In het Noord- en Zuidfront was dit minder een probleem, maar aan het Westfront, tussen Spaarndam en de duinen van de Noordzeekust, is slechts een smalle strook terrein beschikbaar om onder water te zetten. Spaarndam was een toegangspoort tot Amsterdam en moest zwaar verdedigd worden.

De kwetsbaarheid van het gebied was eerder onderkent. Tussen 1807 en 1810 werden om Amsterdam tientallen Posten van Krayenhoff aangelegd en drie posten lagen bij Spaarndam. Spaarndam was toen een zeer smalle verbindingsstrook van oost naar west en lag tussen het IJ in het noorden en de Spaarne en de Mooie Nel in het zuiden bij Haarlem.

Na de aanleg van het Noordzeekanaal was het IJ verdwenen en verbonden Zijkanaal B en Zijkanaal C Spaarndam met het Noordzeekanaal. De positie bleef kwetsbaar en de positie bij Spaarndam werd al in een vroeg stadium aangelegd. Rond 1882 begon men de aankoop van de gronden en de eerste werkzaamheden. In 1901 was de bouw van de twee forten afgerond en in 1903 werden de nevenbatterijen opgeleverd. In de liniewal, die direct ten westen van het dorp is gelegen, waren de nevenbatterijen gepositioneerd. Later zijn in de wal diverse scherfvrije onderkomens geplaatst. In de militaire bevelsstructuur behoorde de positie tot sector Sloten, groep halfweg, vak Spaarndam.

De verdedigingswerken hadden tot taak de afsluiting en verdediging van het acces gevormd door de Slaperdijk en de Westlaan. Verder waren er diverse inundatiewerken die ervoor moesten zorgen dat het voorliggend terrein onder water kon worden gezet. Twee belangrijke inundatiemiddelen waren de twee gemalen. Achter het Fort bezuiden Spaarndam ligt het Gemaal Spaarndam dat het water opvoerde en via kanaaltjes naar de Spaarndammerpolder leidde ter inundatie. Ten noorden van het Fort benoorden Spaarndam ligt het Gemaal Velserbroek die ook van inlaatsluizen was voorzien om de Velserbroekpolder onder water te zetten.

In 1917 werd de positie uitgebreid met een voorstelling in het voorterrein bestaande uit loopgraven en tientallen betonnen groepsschuilplaatsen. Er kwam een frontwal met daarvoor over de volle lengte een frontgracht. Deze verdedigingswerken liggen links en rechts van de Slaperdijk een paar honderd meter ten westen van de liniewal. De Eerste Wereldoorlog kwam ten einde voor het werk klaar was. Kort na de oorlog is een kleine deel, aan de frontwal, alsnog afgebouwd.

[bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Positie_bij_Spaarndam]


Fort Benoorden Spaarndam

52°25'23.2"N 4°40'41.2"E

52.423105, 4.678104

 

Fort Bezuiden Spaarndam

52°24'42.7"N 4°40'18.9"E

52.411861, 4.671926

 

Voorstelling Spaarndam

52°25'04.5"N 4°40'28.4"E

52.417911, 4.674545

 

Boezemsluis Spaarndam

52°24'53.9"N 4°40'37.5"E

52.414968, 4.677077

 

Damsluis toevoerkanaal

52°24'41.9"N 4°40'24.5"E

52.411639, 4.673472

 

Gemaal bij Fort Bezuiden Spaarndam

52°24'39.6"N 4°40'27.4"E

52.411010, 4.674266